afgezien

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  afgezien    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɑfxəˌzin/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • af·ge·zien
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van: afzien…
verbogen vorm: afgeziene

afgezien

  1. voltooid deelwoord van afzien

Voorzetsel

~ van

  1. buiten beschouwing latend
    • Afgezien van een enkele vechtpartij deden zich nergens grote problemen voor. 
    • Afgezien van de auto-ongelukken is de eerste vakantiedag goed verlopen. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord afgezien staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.