afzweren
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: afzweren (hulp, bestand)
- IPA: / ˈɑfswerə(n) / (3 lettergrepen); /ˈɑfzwɪːrə(n)/
Woordafbreking
- af·zwe·ren
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van af bw en zweren ww [1] [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afzweren |
zwoer af |
afgezworen |
klasse 6 | volledig |
Werkwoord
afzweren
- overgankelijk bij ede verklaren dat men niet langer bereid is iets of iemand te dienen
- Het gebruik van alcohol werd in de Verenigde Staten per grondwetswijziging afgezworen, maar later moest men daar door de toename van de criminaliteit op terugkomen.
Vertalingen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afzweren |
zweerde af zwoor af |
afgezworen |
klasse 2
zwak -d
|
volledig |
Werkwoord
afzweren
- ergatief een lichaamsdeel verliezen in een infectieproces
- Door zijn melaatsheid waren er twee vingers afgezworen.
Gangbaarheid
- Het woord afzweren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "afzweren" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.