alpensneeuwhoen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: alpensneeuwhoen (hulp, bestand)
Woordafbreking
- al·pen·sneeuw·hoen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van alp en sneeuwhoen met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | alpensneeuwhoen | alpensneeuwhoenderen alpensneeuwhoenders alpensneeuwhoenen |
verkleinwoord | alpensneeuwhoendertje alpensneeuwhoentje |
alpensneeuwhoendertjes alpensneeuwhoentjes |
Zelfstandig naamwoord
het alpensneeuwhoen o
- (hoendervogels) Lagopus muta een vogel uit de onderfamilie der ruigpoothoenders (Tetraoninae ). De soort komt voor in hooggebergten en gebieden met een toendraklimaat. Het alpensneeuwhoen is een niet-trekkende soort, maar seizoensgebonden verplaatsingen over korte afstanden komen voor
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Vertalingen
1.
|
Gangbaarheid
- Het woord 'alpensneeuwhoen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.