amateurtoneelgezelschap

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  amateurtoneelgezelschap    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ama·teur·to·neel·ge·zel·schap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord amateurtoneelgezelschap amateurtoneelgezelschappen
verkleinwoord amateurtoneelgezelschapje amateurtoneelgezelschapjes

Zelfstandig naamwoord

hetamateurtoneelgezelschapo

  1. groep amateurtoneelspelers die samen toneelstukken uitvoeren
     Viroloog Van Ranst reageert vandaag ook op de arrestatie van de drie: "Hun 'Buitenparlementaire Onderzoekscommissie' was een amateurtoneelgezelschap die "verhoren" deed over de coronacrisis om een "tribunaal" te organiseren, en vooral een vehikel om geld af te troggelen van argeloze wappies."[1]

Gangbaarheid

  • Het woord 'amateurtoneelgezelschap' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron “Politie pakt coronacritici op: verdacht van oplichting en witwassen” (donderdag 9 maart 2023, 15:29), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.