ankerlicht

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ankerlicht    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɑŋkərˌlɪxt/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • an·ker·licht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ankerlicht ankerlichten
verkleinwoord ankerlichtje ankerlichtjes

Zelfstandig naamwoord

hetankerlichto

  1. (scheepvaart) wit licht dat van alle kanten zichtbaar op een schip moet branden als teken dat het met behulp van een scheepsanker stilligt
     En toen hij wegens de duisternis moest ophouden en het ankerlicht gehesen had, zat hij op de voorsteven, starend naar de nevel en de sterren.[2]
Hyponiemen
Hyperoniemen
  • navigatielicht

Gangbaarheid

  • Het woord 'ankerlicht' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron “Het fregatschip Johanna Maria in: Verzameld werk. Deel 3.” (1976), Meulenhoff Nederland, Amsterdam, ISBN 9029009020, p. 483
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.