applicatie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  applicatie    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ap·pli·ca·tie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘toediening, toepassing’ voor het eerst aangetroffen in 1595 [1]
  • Naamwoord van handeling van appliceren met het achtervoegsel -atie [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord applicatie applicaties
verkleinwoord applicatietje applicatietjes

Zelfstandig naamwoord

deapplicatiev

  1. toepassing.
    • De applicatie van nieuwe technieken zorgde voor het oplossen van het probleem. 
  2. (informatica) een programma dat door een computer kan worden uitgevoerd
    • Heb jij die nieuwe applicatie al geïnstalleerd? 
  3. (kleding) een lapje stof of leer dat bijvoorbeeld op een kledingstuk is aangebracht ter versiering, om de stof tegen slijtage te beschermen of om een reparatie te camoufleren.
    • Ik zal een hippe applicatie over die dunne plek naaien. 
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord applicatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.