arbeiden

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  arbeiden    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ar·bei·den
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van arbeid met het achtervoegsel -en
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
arbeiden
arbeidde
gearbeid
zwak -d volledig

Werkwoord

arbeiden

  1. inergatief werk verrichten met name met de handen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord arbeiden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
79 %van de Nederlanders;
84 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.