baron

Niet te verwarren met: barón

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  baron    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ba·ron
Woordherkomst en -opbouw
  • van Middelnederlands, baroen, "edelman/vorst". Leenwoord uit het Oudfrans, waar het op zijn beurt was ontleend aan het Frankisch.[1] In de betekenis van ‘adellijke titel’ voor het eerst aangetroffen in 1240. [2]
  • [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord baron baronnen
barons
verkleinwoord baronnetje baronnetjes

Zelfstandig naamwoord

de baron m

  1. (adel) adellijke titel, in rang tussen jonkheer en burggraaf
    • De baron van Münchhausen is een bekende romanfiguur. 
    ▸ Haar vader de baron verlangde een welgestelde schoonzoon en dat was een onmogelijke eis.[3]
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord baron staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Afrikaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • ba·ron

Zelfstandig naamwoord

enkelvoud meervoud
naamwoord baron baronne

baron

  1. (adel) baron
Verwante begrippen

Engels

enkelvoud meervoud
baron barons

Zelfstandig naamwoord

baron

  1. (adel) baron
Afgeleide begrippen
  • baroness, baronial, barony

Frans

Uitspraak
  • Geluid:  baron    (hulp, bestand)
  • IPA:
Woordherkomst en -opbouw
  • Van Oudfrans baron; oorspronkelijk uit het Frankisch.
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  baron     le baron     barons     les barons  

Zelfstandig naamwoord

baron m

  1. (adel) baron
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.