bathroom

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  bathroom (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈbæθɹuːm/
Woordafbreking
  • bath·room
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstelling van de Engelse zelfstandige naamwoorden bath (= bad) en room (= kamer).
enkelvoud meervoud
bathroom bathrooms

Zelfstandig naamwoord

bathroom

  1. badhuis
  2. badkamer
  3. badplaats
  4. (eufemisme) toilet, wc (voornamelijk: VS)
    «Dinner’s over, and I have to go to the bathroom
    Het diner is voorbij, en ik moet naar de wc.
Synoniemen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.