bijvoeglijknaamwoordsvorm

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bijvoeglijknaamwoordsvorm    (hulp, bestand)
  • IPA: /bɛiˈvuxləkˌnamwortsˌfɔrəm/ (6 of 7 lettergrepen)
Woordafbreking
  • bij·voeg·lijk·naam·woords·vorm
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bijvoeglijknaamwoordsvorm bijvoeglijknaamwoordsvormen
verkleinwoord bijvoeglijknaamwoordsvormpje bijvoeglijknaamwoordsvormpjes

Zelfstandig naamwoord

debijvoeglijknaamwoordsvormm

  1. (grammatica) woord dat ontstaat uit de flexie van een adjectief
    • De vergrotende trap en overtreffende trap in verbogen en onverbogen vorm, alsmede de verbogen vorm van de stellende trap, zijn ieder een bijvoeglijknaamwoordsvorm. 
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'bijvoeglijknaamwoordsvorm' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.