blackmail

Engels

Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
blackmail -

Zelfstandig naamwoord

blackmail

  1. chantage, afpersing
vervoeging
onbepaalde wijs to  blackmail 
he/she/it  blackmails 
verleden tijd  blackmailed 
voltooid
deelwoord
 blackmailed 
onvoltooid
deelwoord
 blackmailing 
gebiedende wijs  blackmail 

Werkwoord

blackmail

  1. overgankelijk chanteren, afpersen
Afgeleide begrippen
  • blackmailer
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.