bondskanselier

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bondskanselier    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈbɔntskɑnsəˌlir/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • bonds·kan·se·lier
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bondskanselier bondskanseliers
bondskanselieren
verkleinwoord bondskanseliertje bondskanseliertjes

Zelfstandig naamwoord

debondskanselierm

  1. (regering) hoofd van de regering in de Bondsrepubliek Duitsland of Oostenrijk
  2. (regering) ambtenaar die leiding geeft aan de staf van de regering van Zwitserland

Gangbaarheid

  • Het woord bondskanselier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.