braafheid

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  braafheid    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • braaf·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord braafheid braafheden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

debraafheidv

  1. het braaf, netjes en gehoorzaam zijn, vaak ook in de betekenis van te netjes zijn
    • „Je suis un vieux motherfucker” zingt hij op zijn nieuwe album Human Incognito, waarmee hij zich verzet tegen de braafheid en de harteloosheid in de rockmuziek van nu. Met zijn mengelmoes van Engels, Frans en een beetje Nederlands is hij een zeldzaam authentiek vertolker van de Vlaamse volksziel. [2] 
Synoniemen
Hyperoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord braafheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.