bullenbijter

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bullenbijter    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bul·len·bij·ter
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘hondensoort’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1862 [1]
  • samenstelling van  bull zn  en  bijter zn  met het invoegsel -en-  [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord bullenbijter bullenbijters
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

debullenbijterm [3]

  1. Engelse dog
  2. grote, kwaadaardige hond
  3. bullebak

Gangbaarheid

  • Het woord bullenbijter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.