cacaoboom

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  cacaoboom    (hulp, bestand)
  • IPA: /kɑˈkʌʊbom
Woordafbreking
  • ca·cao·boom
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord cacaoboom cacaobomen
verkleinwoord cacaoboompje cacaoboompjes

Zelfstandig naamwoord

decacaoboomm

  1. (bloemplanten) Theobroma cacao  een boom waarvan uit de vruchten de cacao wordt gewonnen
    • De cacaoboom werd vroeger tot de plantenfamilie Sterculiaceae gerekend. 
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord cacaoboom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.