compliance

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  compliance    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • com·pli·ance
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit Engels compliance, afgeleid van het Engelse werkwoord comply, (met het voorvoegsel com- met het achtervoegsel -ance).
  • Oorspronkelijk uitsluitend in Engelstalig jargon uit de bankensector (o.m. compliance officer toezichthouder, contract compliance “naleving van de regels en bepalingen overeenkomstig de schriftelijk afspraak”), in zwang geraakt na de financiële bankencrisis van 2008.
enkelvoud meervoud
naamwoord compliance -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

decompliancem

  1. het naleven van geldende gedragsregels, wet- en regelgeving binnen een organisatie, ('volgzaamheid')
Synoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'compliance' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Engels

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /kəmˈplaɪəns/
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het werkwoord comply met het achtervoegsel -ance.

Zelfstandig naamwoord

compliance

  1. naleving
  2. volgzaamheid
  3. (werktuigbouwkunde) de rek, speling van een structuur
  4. (medisch) de mate van de getrouwe inname van de medicijnen door de patiënt
  5. (bedrijf) de afdeling toezicht en naleving van een bedrijf
Synoniemen
  • compliancy
Antoniemen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.