coproductie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  coproductie    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • co·pro·duc·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord coproductie coproducties
verkleinwoord coproductietje coproductietjes

Zelfstandig naamwoord

decoproductiev

  1. een gezamenlijke productie
    • De coproductie bleek een groot succes te zijn. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord coproductie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
92 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.