dźeń

Oppersorbisch

enkelvoud tweevoud meervoud
nominatief dźeńdnjejdny
genitief dnjadnjowdnjow
datief dnjejdnjomajdnjam
accusatief dźeńdnjejdny
instrumentalis z(e) dnjomz(e) dnjomajz(e) dnjemi
locatief po dnjupo dnjomajpo dnjach

Zelfstandig naamwoord

dźeń m

  1. dag; tijdsmaat gelijk aan 24 uren
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.