dieptebouw

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  dieptebouw    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈdiptəˌbɑu/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • diep·te·bouw
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord dieptebouw -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dedieptebouwm

  1. (bouwkunde) aanleg van ondergrondse bouwwerken
     In bestaande stadscentra, waar de auto het zwaarst drukte, moest hoog- en dieptebouw met bestaande bebouwing worden gecombineerd.[1]
      Aan den Z.O.-hoek is nog de dieptebouw in 15 lagen te zien.[2]
  2. (bouwkunde) (verouderd) uitgestrektheid van een bouwwerk haaks op de voorgevel
      Ik heb hier de volgende berekening gemaakt. Frontbreedte van de woning 5 Meter. Bebouwde lengte of diepte 7 Meter, Oppervlakte is dan 35 M2. (…) Van de 7 M. dieptebouw gaat wel 61 c.M. af voor de muren.[3]
Synoniemen
  • [1] diepbouw
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'dieptebouw' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    A. van den Boogaard
    Innovatie op locatie in:
    J.W. Schote.a. (red.)
    Techniek in Nederland in de twintigste eeuw. Deel 7. Techniek en modernisering, balans van de twintigste eeuw. (2003), Stichting Historie der Techniek, Eindhoven / Walburg Pers, Zutphen, ISBN 9057300702, p. 99
  2. Weblink bron
    Jos. Raemaekers
    Oude Steensymboliek, of Steen der Wijzen. in: Maçonniek tijdschrift, jrg. 10 nr. 6 (februari 1920), p. 264
  3. Weblink bron
    J. van Basten-Batenburg
    Woning en zedelijkheid. in: Mannenadel en vrouweneer, jrg 22 nr. 12 (september 1933), Vereeniging "Voor Eer en Deugd", afd. Mannen en Vrouwen, p. 375 en 376
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.