doc

Engels

enkelvoud	meervoud
doc	-

Zelfstandig naamwoord

doc

doctor, iemand met een doctorstitel
dokter
een meer algemene aanspreektitel voor iemand die men hoogacht of veinst hoog te achten
«What's up, doc?»
~ Hoe gaat het, meneertje?

Frans

Uitspraak

Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

Woordherkomst en -opbouw

(verkorting) van docteur

Zelfstandig naamwoord

doc m

(spreektaal) dokter
«Tu vas direct chez le doc, tu m’entends?»
Je gaat meteen naar de dokter, begrijp je dat goed? ^[1]

Verwijzingen

↑
Wouw, Berry van de
, Woordenboek populair Frans - Nederlands. Woordenboek van het Frans dat u op school nooit leerde, 2e druk, Breda: Uitgeverij Arti-Choc, 2014; p. 82

Rohingya

Hoofdtelwoord

doc

tien

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.