doctoraat

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  doctoraat    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • doc·to·raat
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het middeleeuws Latijn, in de betekenis van ‘graad van doctor’ voor het eerst aangetroffen in 1485 [1]
  • afgeleid van doctor met het achtervoegsel -aat
enkelvoud meervoud
naamwoord doctoraat doctoraten
verkleinwoord doctoraatje doctoraatjes

Zelfstandig naamwoord

hetdoctoraato

  1. (onderwijs) het hoogste diploma dat aan een universiteit behaald kan worden
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord doctoraat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.