doe-het-zelfafdeling

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  doe-het-zelfafdeling    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌduətˈsɛlfɑfˌdelɪŋ/ (6 lettergrepen)
Woordafbreking
  • doe-het-zelf·af·de·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord doe-het-zelfafdeling doe-het-zelfafdelingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dedoe-het-zelfafdelingv

  1. deel van een winkel(keten) dat materialen en gereedschappen verkoopt voor de klusser
     Ook voor de Doe-Het-Zelfafdeling wordt al langere tijd een partner gezocht. ,"We hebben gesprekken gevoerd met verschillende partijen. Nu moet de raad van bestuur knopen doorhakken."[1]
     De warenhuizen, hypermarkten en supermarkten en de doe-het-zelfafdeling hebben daarentegen te lijden onder kleine marges en een trage groei.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord doe-het-zelfafdeling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Wouter Masschelein
    “GB sleurt GIB voor laatste keer omlaag” (28/09/2000), De Standaard
  2. Weblink bron “FT. INTERVIEW. Hans-Joachim Körber, gedelegeerd bestuurder van Metro” (21/12/2000), De Standaard
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.