eenwinter

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  eenwinter    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • een·win·ter
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord eenwinter eenwinters
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deeenwinterm

  1. paard of koe van één winter oud; eenjarig veulen of kalf

Gangbaarheid

  • Het woord eenwinter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
10 %van de Nederlanders;
8 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.