endoscoop

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  endoscoop    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • en·do·scoop
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘instrument om in lichaamsholten te kijken’ voor het eerst aangetroffen in 1886 [1]
  • afgeleid van het Griekse: 'endon' (binnenin) (binneninkijker dus)
  • met het voorvoegsel endo- met het achtervoegsel -scoop [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord endoscoop endoscopen
verkleinwoord endoscoopje endoscoopjes

Zelfstandig naamwoord

deendoscoopm

  1. optisch instrument waarmee het inwendige van organen kan worden onderzocht
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord endoscoop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.