expositiezaal
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: expositiezaal (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ex·po·si·tie·zaal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van expositie zn en zaal zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | expositiezaal | expositiezalen |
verkleinwoord | expositiezaaltje | expositiezaaltjes |
Zelfstandig naamwoord
de expositiezaal v / m
- een zaal die geschikt is voor het houden van tentoonstellingen
- ▸ In de expositiezalen gaat dit weekend de tentoonstelling AI: More than Human over artificiële intelligentie open, die Groninger Forum in samenwerking met het Barbican in Londen heeft samengesteld.[1]
- ▸ Indigo bereidt alweer de 40e tentoonstelling voor. De kunstenaars Mark Bouwhuis en Hidde Jansen zijn gevraagd een installatie te maken die de grote expositiezaal vult. "Een experiment. Alleen die installatie, geen schilderijen of foto's aan de wanden. Het wordt weer eens heel iets anders", zegt Niessen.[2]
Gangbaarheid
- Het woord expositiezaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “De bieb wordt een hotspot” (6 december 2019), NRC
- ↑ Weblink bron “39ste tentoonstelling Indigo” (11-01-2013), Tubantia
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.