f-sleutel
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: f-sleutel (hulp, bestand)
- IPA: / ˈɛfsløtəl / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- f-sleu·tel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van f zn en sleutel zn , geschreven met een koppelteken volgens spellingregel 6.G [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | f-sleutel | f-sleutels |
verkleinwoord | f-sleuteltje | f-sleuteltjes |
Zelfstandig naamwoord
de f-sleutel m
- (muziek) één van drie, bij de voortekening van een notenbalk behorende aanwijzers, die een lijn voor een bepaalde toon markeren, in dit geval de toon 'f'
De overige lijnen zijn daardoor tevens bepaald. De aanwijzing geldt tot de laatste maatstreep, tenzij voordien anders aangegeven- De f-sleutel staat in de voortekening van de onderste notenbalk van een pianopartij.
Synoniemen
Hyperoniemen
- muziekteken
Verwante begrippen
Muzieksleutels in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
f-sleutel• c-sleutel • g-sleutel
contrabassleutel• bassleutel • baritonsleutel • tenorsleutel • altsleutel • mezzosopraansleutel • sopraansleutel • vioolsleutel • Franse vioolsleutel |
Vertalingen
1. één van drie, bij de voortekening van een notenbalk behorende aanwijzers, die een lijn voor een bepaalde toon markeren, in dit geval de toon 'f'
|
Gangbaarheid
- Het woord f-sleutel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.