fribaker
Noors
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / ˈfɾiːˌbɑːkəɾ /
Woordafbreking
- fri·ba·ker
Woordherkomst en -opbouw
Naar frequentie | zeldzaam |
---|
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | fribaker | fribakeren | fribakere | fribakerne |
genitief | fribakers | fribakerens | fribakeres | fribakernes |
Zelfstandig naamwoord
fribaker [1], m
- (beroep), (historisch) een bakker met het recht om zonder professionele licentie te werken
Hyponiemen
- frihåndverker zn
Verwante begrippen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.