gasbel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  gasbel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • gas·bel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gasbel gasbellen
verkleinwoord gasbelletje gasbelletjes

Zelfstandig naamwoord

degasbelv/m

  1. (natuurkunde) met gas gevulde blaas in een vloeistof
  2. opeenhoping van gas in de bodem
Synoniemen
Verwante begrippen
  • dampbel

Gangbaarheid

  • Het woord gasbel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.