geloofswereld
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: geloofswereld (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ge·loofs·we·reld
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van geloof zn en wereld zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | geloofswereld | geloofswerelden |
verkleinwoord | geloofswereldje | geloofswereldjes |
Zelfstandig naamwoord
de geloofswereld v / m
- (religie) een levenssfeer die door een godsdienstig besef beheerst wordt
- ▸ Daar is nu verandering in gekomen. ‘Sinds enkele maanden weet ik zeker dat ik het publiekelijk wil delen: mijn boek over mijn leven in de geloofswereld van mijn vader, en de scheuren in mijn wereldbeeld en geloof die uiteindelijk leidden tot mijn vertrek uit de boerderij.’[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'geloofswereld' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Maxime Segers“Ruinerwold-zoon Israel komt met boek over zijn leven” (25-08-2022), Tubantia
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.