gezwel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  gezwel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ge·zwel
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van de stam van zwellen met het voorvoegsel ge-
enkelvoud meervoud
naamwoord gezwel gezwellen
verkleinwoord gezwelletje gezwelletjes

Zelfstandig naamwoord

hetgezwelo

  1. (medisch) een onnatuurlijke verdikking in het weefsel
    • Gelukkig is dit gezwel niet kwaadaardig. 
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord gezwel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.