glaucoom

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  glaucoom    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • glau·coom
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘groene staar’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1720 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord glaucoom -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hetglaucoomo

  1. (medisch) een aandoening waarbij een verhoging van de druk in de oogbol onbehandeld tot gezichtsvelduitval en uiteindelijk tot blindheid leidt
    • Lijdt hij aan een glaucoom? 
Synoniemen
  • groene staar
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord glaucoom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
81 %van de Nederlanders;
85 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.