godsgave

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  godsgave    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • gods·ga·ve
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord godsgave godsgaven
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

degodsgavev/m

  1. geschenk van God

Gangbaarheid

  • Het woord 'godsgave' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
91 %van de Nederlanders;
92 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.