handbalteam

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  handbalteam    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • hand·bal·team
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord handbalteam handbalteams
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hethandbalteamo

  1. groep handbalspelers die samen handbalwedstrijden spelen
     Daarna heb ik een jaar in het handbalteam van de universiteit van Montpellier gespeeld.[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord handbalteam staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044633535
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.