handbaltoernooi

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  handbaltoernooi    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈhɑndbɑlturˌnoj/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • hand·bal·toer·nooi
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord handbaltoernooi handbaltoernooien
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hethandbaltoernooio

  1. (sport) georganiseerde reeks wedstrijden waarin handbalteams het tegen elkaar opnemen, met als doel achteraf een winnaar te kunnen aanduiden
     De Nederlandse handbalvrouwen hebben ook hun tweede wedstrijd van het olympisch handbaltoernooi gewonnen.[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord handbaltoernooi staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron “Handbalvrouwen verslaan Zuid-Korea” (27 juli 2021) op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.