handbaltornooi
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: handbaltornooi (hulp, bestand)
- IPA: / ˈhɑndbɑltɔrˌnoj / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- hand·bal·tor·nooi
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van handbal zn en tornooi zn (Belgisch-Nederlands)
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | handbaltornooi | handbaltornooien |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het handbaltornooi o
- (sport) georganiseerde reeks wedstrijden waarin handbalteams het tegen elkaar opnemen, met als doel achteraf een winnaar te kunnen aanduiden
- ▸ Bijna honderd kinderen tekenden present om deel te nemen aan een groot handbaltornooi in Lebbeke.[1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord handbaltornooi staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Nele Dooms“Handbaltornooi kan rekenen op bijna honderd deelnemers en die mogen nu een maand gratis trainen” (28 oktober 2019) op hln.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.