her-

Nederlands

Huidig
bestand
226
Uitspraak
  • Geluid:  her-    (hulp, bestand)
  • IPA: /hɛr/ (1 lettergreep)
Woordafbreking
  • her-
Woordherkomst en -opbouw

Voorvoegsel

her-

  1. her + werkwoord vormt een onscheidbaar werkwoord met een betekenis als "opnieuw"
  2. her + zelfstandig naamwoord vormt een onscheidbaar werkwoord dat een herhaling aangeeft, vaak met de bijbetekenis: gericht op een beter resultaat
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.