historieschilder

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  historieschilder    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • his·to·rie·schil·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord historieschilder historieschilders
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

dehistorieschilderm [1]

  1. (schilderkunst) (beroep) schilder van historische gebeurtenissen
     Jakob wist het was een 'historieschilder' welke een paar mooie huizen verder woonde in 'Teyler's Stichting'.[2]

Gangbaarheid

  • Het woord historieschilder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.