huwelijksreis

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  huwelijksreis    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɦiu̯ələksˌrɛɪ̯s/
Woordafbreking
  • hu·we·lijks·reis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord huwelijksreis huwelijksreizen
verkleinwoord huwelijksreisje huwelijksreisjes

Zelfstandig naamwoord

dehuwelijksreisv/m

  1. de reis die een pasgetrouwd stel gewoonlijk onmiddellijk na hun trouwen onderneemt
    • Hun huwelijksreis voerde hen naar Bloubokstrand. 
Synoniemen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord huwelijksreis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.