invalidenparkeerplaats

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  invalidenparkeerplaats    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·va·li·den·par·keer·plaats
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord invalidenparkeerplaats invalidenparkeerplaatsen
verkleinwoord invalidenparkeerplaatsje invalidenparkeerplaatsjes

Zelfstandig naamwoord

deinvalidenparkeerplaatsv/m

  1. parkeerplaats die gereserveerd is voor personen met een lichamelijke handicap
     De hoogte van de boete speelt daarbij een rol, zegt een woordvoerder. "De boete voor parkeren op een invalidenparkeerplaats is 370 euro, terwijl in de auto bellen met de telefoon aan je oor 230 euro kost. Maar wat is er nou gevaarlijker voor de verkeersveiligheid?"[1]
     De invalide man en zijn buurvrouw waren in een natuurgebied aan de rand van Someren om de honden van de man uit te laten. De man parkeerde zijn auto op de laatste overgebleven invalidenparkeerplek. De andere drie waren bezet door de auto van de man uit Someren, die overdwars stond geparkeerd.[2]
Synoniemen
  • gehandicaptenparkeerplaats
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Weblink bron “ANWB wil nieuw boetebeleid” (maandag 27 januari 2014, 16:20), NOS
  2. Weblink bron “Foutparkeerder slaat invalide man in elkaar in Someren” (vrijdag 2 oktober 2015, 18:59), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.