kakker
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kakker (hulp, bestand)
Woordafbreking
- kak·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kakker | kakkers |
verkleinwoord | kakkertje | kakkertjes |
Zelfstandig naamwoord
de kakker m
- iemand die kakt
- (informeel) bal d.w.z. verwaand, bekakt, persoon
- de kakker is een mensensoort waar Youp van 't Hek bijzonder op gebeten is
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
- corpsbal, corpspik
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord kakker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kakker" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
88 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ kakker op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.