klerenmaker

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  klerenmaker    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kle·ren·ma·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord klerenmaker klerenmakers
verkleinwoord klerenmakertje klerenmakertjes

Zelfstandig naamwoord

deklerenmakerm

  1. (beroep) persoon die kleding maakt of herstelt
     Ook zes Brusselse bedrijven kregen dit jaar hun brevet: Francis Dekelver (vergulder van leer) uit Vorst, Easy Living (cadeaudecoratie) uit Etterbeek, Etac (beveiligingssystemen) uit Evere, Mertens (vergulden van oude materialen) uit Vorst, Nikon Belux (fotomateriaal) uit Haren en klerenmaker Pierre Degand uit Elsene.[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord klerenmaker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron “Elf nieuwe hofleveranciers gebrevetteerd” (Donderdag 15 november 2007 om 00:00), De Standaard
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.