krabber
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: krabber (hulp, bestand)
Woordafbreking
- krab·ber
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | krabber | krabbers |
verkleinwoord | krabbertje | krabbertjes |
Zelfstandig naamwoord
de krabber m
- (gereedschap) voorwerp om mee te krabben, onmisbaar voor schilders die oude verflagen willen verwijderen of mensen die jeuk op hun rug hebben.
Verwante begrippen
Hyponiemen
- mosselkrabber, roestkrabber, ruggenkrabber, rugkrabber, verfkrabber, wolkenkrabber
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord krabber staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "krabber" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ krabber op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.