landbouwhuisdier

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  landbouwhuisdier    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈlɑndbɑuˌhœysdir/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • land·bouw·huis·dier
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord landbouwhuisdier landbouwhuisdieren
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hetlandbouwhuisdiero

  1. (landbouw) beesten die mensen in de eerste plaats houden om er nut van te hebben
    • Embryosplitsing is al langer beproefd, bijvoorbeeld bij landbouwhuisdieren zoals koeien en schapen. [1]
Antoniemen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord landbouwhuisdier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.