landlord
Engels
Uitspraak
- Geluid: landlord (AU) (hulp, bestand)
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van land zn en lord zn
enkelvoud | meervoud |
---|---|
landlord | landlords |
Zelfstandig naamwoord
landlord
- (beroep) huisbaas
- (beroep) herbergier, waard
- (beroep) landheer, pachtheer
- (beroep) pensionhouder
Verwante begrippen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.