leurder

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  leurder    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • leur·der
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van leuren met het achtervoegsel -der
enkelvoud meervoud
naamwoord leurder leurders
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deleurderm

  1. (beroep) iemand die leurt, die langs de huizen koopwaren vent
Verwante begrippen
Verwante begrippen
  • leurster v

Gangbaarheid

  • Het woord leurder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
64 %van de Nederlanders;
91 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.