mallepraat
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: mallepraat (hulp, bestand)
- IPA: /ˈmɑləprat/
Woordafbreking
- mal·le·praat
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van mal bn en praat zn met het invoegsel -e-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | mallepraat | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de mallepraat m
- niet ernstig te nemen uitingen, onzinnige uitspraken
Synoniemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord mallepraat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "mallepraat" herkend door:
79 % | van de Nederlanders; |
73 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.