metgezel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  metgezel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • met·ge·zel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord metgezel metgezellen
verkleinwoord metgezelletje metgezelletjes

Zelfstandig naamwoord

demetgezelm

  1. iemand die meegaat op een reis of activiteit
    • Zijn metgezel wist hem voor een ongeluk te behoeden. 
    • Maar in elk geval krijg je mij als metgezel mee op je verdere tocht. Je kunt mij nodig hebben. [3] 
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord metgezel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.