milt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  milt    (hulp, bestand)
  • IPA: /mɪlt/ (1 lettergreep)
    • (Noord-Nederland): /mɪlt/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /mɪlt/
Woordafbreking
  • milt
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘orgaan’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1287 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord milt milten
verkleinwoord miltje miltjes

Zelfstandig naamwoord

demiltv/m

  1. (anatomie) een klier in de buikholte die een rol speelt bij het zuiveren en de opslag van bloed
    • Een gescheurde milt kan tot grote interne bloedingen aanleiding geven. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord milt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Deens

  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   en milt     milten     milte     miltne  

Zelfstandig naamwoord

milt g

  1. (anatomie) milt

Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.