muzenzoon

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  muzenzoon    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • mu·zen·zoon
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord muzenzoon muzenzonen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

demuzenzoonm

  1. dichter
  2. student

Gangbaarheid

  • Het woord 'muzenzoon' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
50 %van de Nederlanders;
39 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.