nazi

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  nazi    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈnazi/ (2 lettergrepen) (of meer Duits: /ˈnatsi/
Gelijkklinkende woorden
  •  nazie ww  (of bij een meer Duitse uitspraak:  natie zn 
Woordafbreking
  • na·zi
Woordherkomst en -opbouw
  • van Duits Nazi, in de betekenis van ‘nationaal-socialist’ voor het eerst aangetroffen in 1930 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord nazi nazi's
verkleinwoord nazietje nazietjes

Zelfstandig naamwoord

denaziv/m

  1. (politiek) oorspronkelijk: aanhanger, lid van de Nationalsozialistische Deutsche Arbeiterpartei (NSDAP) een politieke partij in het Duitsland van de jaren 1920 tot 1945
    • De nazi's scandeerden 'Heil Hitler' tijdens de massavergadering waar Adolf Hitler het woord voerde. 
  2. (politiek) aanhanger van het nazisme of een soortgelijke fascistische, racistische of antisemitische ideologie
    • Tegenstanders zeggen dat hij een onvervalste racist en zelfs nazi is. 
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord nazi staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  nazi (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈnɑːtsi/
Woordafbreking
  • na·zi

Zelfstandig naamwoord

nazi

  1. schrijfwijze voor Nazi

Xhosa

EnkelvoudMeervoud
KlasseDichtbijVerderVerstKlasseDichtbijVerderVerst
1nankunankonankuya2nabanabonabaya
3nangunangonanguya4nantsinantsonantsiya
5nalinalonaliya6nanganangonangaya
7nasinasonasiya8nazinazonaziya
9nantsinantsonantsiya10nanzinanzonanziya
11nalunalonaluya
14nabunabonabuya 
15nankunankonankuya

Aanwijzend voornaamwoord

nazi 8

  1. dit hier zijn ... verwijzend naar een woord van klasse 8
    «Nazi izikolo zethu.»
    Dit zijn onze scholen.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.